Over mij

Sandra

Op Wandelend met God schrijf ik met een rauw randje over mijn persoonlijke ervaring met geloof en autisme. Hierin beschrijf ik regelmatig herkenbare uitdagingen en neem ik mee wat ik op Bijbelschool leer. (bijna) Elke week een nieuwe blog. Meer over mij te weten komen?

Jeremia 1:19 HSV
Zij zullen tegen u strijden, maar zij zullen niet tegen u op kunnen,
want Ik ben met u, spreekt de HEERE, om u te redden.

I am – The Crowder

There’s no space where His love can’t reach
There’s no place where we can’t find peace
There’s no end to Amazing Grace

Take me in like an orphaned child
Take me in with Your arms spread wide
Never let go, never leave my side

Op dit moment lees ik: Raak de wonden aan

leestip: Is er een hemel voor autisten?

Boek: Is er een hemel voor autisten?

4032 words Powered by word counter

Let op: deze blog schreef ik in augustus 2024, in een fase waarin ik oefende in het vinden van mijn stem en het delen van mijn overtuigingen. De toon is soms rauw — en dat past bij de intensiteit van die fase. Mijn stijl is inmiddels verder gegroeid: zachter, zonder het rauwe randje te verliezen. Voor veel trouwe lezers is dat herkenbaar: deze blog groeide met mij mee. Of misschien groeide jij wel met mij mee. Dankjewel daarvoor.

Disclaimer: deze blog is wat langer en bevat o.a. (globaal) een inkijkje in vroeger gepest worden en meltdowns.

De tegenstrijdigheden van mijn autistisch leven dan. Want elke autist is, ondanks de herkenbaarheid, toch anders. Ik heb klassiek autisme. Ondanks dat het tegenwoordig allemaal onder één spectrum valt, benoem ik het soms nog specifiek. Afhankelijk van de situatie is dat namelijk niet altijd te zien en dan ligt overschatting op de loer. Meestal vertel ik gewoon dat ik autisme heb, wanneer de situatie daar naar is. Het is belangrijk dat je serieus genomen wordt en mensen kunnen zo ook rekening houden, mocht dat nodig zijn.

Net als dat er overschatting op de loer ligt, ligt er dus ook onderschatting op de loer. Zeker wanneer je langzaam en snel tegelijkertijd bent. En zowel chronisch moe als hyperactief bent. Hier kun je deel 1 van deze serie lezen.

Inside joke

Mijn autismecoach en ik hadden een inside joke, anderen leken de grap namelijk niet echt te begrijpen. Of misschien begrepen ze niet dat ik wel van een beetje zelfspot houd, dat kan ook. Waar van autisten vaak gezegd wordt dat ze humor (en sarcasme) niet begrijpen, vind ik juist niet-autisten vaak humorloos. Begrijpen wij dan geen humor? Of hebben wij een ander soort humor? Het kan er ook aan liggen dat ik veel mensen tegenkom die nergens om kunnen lachen. Tenzij het ten koste gaat van een ander, of als leedvermaak. En als rare snuiter ben ik niet zelden het mikpunt van mensen die zichzelf vijf minuten even wat beter over zichzelf willen voelen.

Op een gegeven moment, tijdens het werken met mijn autismecoach, kwamen we erachter dat ik op sommige gebieden wat sneller ben. Zo leer ik snel, maar ben ik langzaam in het herkennen, toepassen en gebruiken. Het is voor mij dus lastig om theorie meteen of snel om te zetten naar de praktijk. Zeker het omzetten naar verschillende (vergelijkbare) situaties. Het leren zelf vergt dus geen herhaling, maar het herkennen, toepassen en uitvoeren ervan, dus wel.

Kort gezegd: Ik ben best snel voor een slome. En dit zei ik dan ook een keer tegen mijn autismecoach. Sindsdien was dat onze grap. Dit geldt ook voor de rest van mijn informatieverwerking en mijn autismecoach gebruikte dit tijdens onze gesprekken. De tijd tussen de afspraken was ik veel tijd kwijt aan appen over de afgelopen afspraak. Omdat veel verwerking dus (wat) later komt. Later in mijn ontwikkeling, startte dat af en toe net wat sneller en zei ik dat ik Snelle Jelle was.

Basisschool

Op mijn achtste verkocht onze vader het huis in Sterrenburg om er eentje in Stadspolders te kopen. Sterrenburg en Stadspolders zijn wijken in mijn stad. Woensdag huur ik alweer 12 jaar een appartement in het mooie Sterrenburg, maar ik mis Stadspolders eigenlijk wel (hiervoor heb ik al een keer een studio gehuurd in Sterrenburg). Maar ik dwaal af.

Ik verhuisde dus ook naar een nieuwe basisschool. Mijn broer niet, want die zat al op het speciaal onderwijs. We verhuisden in de zomervakantie en na de zomervakantie zou ik starten in groep 5, op mijn nieuwe basisschool. Al gauw kwam de nieuwe juffrouw er achter dat ik een achterstand had in taal en rekenen, hier heeft mijn vorige basisschool het nooit over gehad. Het enige moment dat ik weet dat er enig frustratie hierover was bij de juf van groep 4, was toen ik mijn linkerpols had gebroken tijdens het rolschaatsen. Ik moest ineens maar met rechts schrijven in mijn werkboek. Ik ben links, dus dat werd nog meer een puinhoop, want dit was met vulpen, en ik was nog langzamer (maar dat begreep ik toen natuurlijk niet). 

Of het niveau van mijn nieuwe school lag hoger, of die van mij oude juist veel lager. Ik heb geen idee, want waarom is hier nooit wat mee gedaan door mijn oude school? Zo is het hele balletje uiteindelijk ook gaan rollen. Het gekke was namelijk ook dat ik wel goed (begrijpend) kon lezen en daar ook dol op was. En mijn broer heeft ook autisme.

Langzaam

Voor nu ga ik het verder alleen hebben over het langzaam zijn. Ik leerde dus snel, maar schreef superlangzaam om netjes te kunnen schrijven. Met mijn gedrag was die juf al gefrustreerd en bij het schrijven uitte dit zich nog meer. Wat mij natuurlijk helemaal niet hielp, het ineens beter te doen. Echt alles is geprobeerd. Mijn vader heeft zelfs een dure Parker pen aangeschaft, want die stonden toen hoog aangeschreven voor een goed handschrift en beter schrijven. Want mijn fijne motoriek was ook hartstikke prut. Dat is die nog, maar wel wat beter dan toen. Zodra ik snel moest schrijven, of eerder ‘op normaal niveau’, werd mijn handschrift slordig. Echt, ik zou er dokter mee kunnen worden zo slecht. En zo is het nu nog steeds, hoewel ik mijn best doe het leesbaar te houden. Ik kan anders mijn eigen handschrift niet eens lezen.

Uiteindelijk kwam ik op het speciaal onderwijs bij mijn broer terecht. Omdat ik groep 5 moest overdoen omdat ik ‘bij kinderen van mijn leeftijd hoorde’ (die doorgaans een of twee jaar lager zaten), ging ik in eerste instatie in protest. Op mijn vorige school was ik net over naar groep 6 gegaan en leeftijd als reden vond ik onrechtvaardig. Het langzaam zijn was uiteindelijk helemaal geen probleem meer en hierdoor kwam Snelle Jelle wat meer tot haar recht, wat weer een verkeerd ingeschat beeld gaf na de CITO. Ik ging naar het gewone VMBO-kader. Ik bloeide daar (speciaal onderwijs) ook wat meer op, ondanks alle problemen die ik ervaarde met mijn autisme. En met allerlei bijzondere kinderen bij elkaar, was er ook geregeld ruzie.

Onvoldoendes

Als het op schrijven met de hand aankomt, denk ik sneller dan ik netjes kan schrijven. Het uitvoeren ervan gaat heel langzaam, als ik niet gewoon slordig schrijf. Op de middelbare, en ook op het mbo, kreeg ik nogal eens een onvoldoende voor een toets, nadat er een opmerking was over mijn handschrift en dat ik die moest verbeteren (hoi juf van groep 5!). Ik moest het dus netjes doen, maar dat kostte mij zoveel tijd dat ik mijn toetsen niet afkreeg. In het vervolg ging ik dus gewoon weer slordig schrijven, want dan kreeg ik wel gewoon een goed cijfer (op het middelbare gold dat voor de vakken en onderdelen waar ik [redelijk] goed in was). Sowieso hadden de docenten het er daarna niet meer over, dus die zouden het stilletjes wel begrepen hebben. Ik vond het sowieso onzin, want ze konden het gewoon lezen.

Op het mbo maakte ik de bijdehante opmerking dat het tegenwoordig toch allemaal computerwerk is, dus waarom is mijn handschrift zo’n punt?

Slome duikelaar

Door dat ik langzaam en autistisch (dit noem ik dubbelop doordat mijn verwerking natuurlijk extra langzaam is) ben, kan ik dus ook vaak traag van begrip overkomen. Mensen verwarren dit met dom, stom, sloom en andere negativiteit (er is niets mis met mensen die [wat] trager zijn). Een slome duikelaar dus. Hoewel ik door mijn autisme wel sociaal naïef kan zijn. Betekent dit niet dat ik helemaal niets door heb of begrijp. Mijn verwerkingssnelheid zegt daar namelijk helemaal niets over, net zomin zegt het wat over mijn leervermogen. Meermaals zijn de mensen die mij tot het mikpunt maken er dan ook pijnlijk Spreuken 16:18 NBV21 achter gekomen, dat ze me verkeerd hadden ingeschat. En me verkeerd bleven inschatten (tja…). Soms werd dit langzame geïnterpreteerd als sub-assertief zijn.

Een woordje klaar hebben

Drie jaar geleden wist ik vaak nog niet wat te zeggen. Ik kon dat op dat moment gewoon niet bedenken. Begreep niet waar er op gedoeld werd, of had ik het niet door (wat het vaakst voorkwam). Vandaag de dag ben ik behoorlijk ad rem voor mijn doen. Natuurlijk zijn er situaties waarin je beter gewoon je mond kan houden. Dit heb ik in andere situaties net zo goed moeten leren, zo niet nog meer dan wel wat zeggen. Ik had altijd honger, ik hapte in bepaalde situaties nogal graag. Toch heb ik steeds vaker mijn woordje klaar en geef ik, afhankelijk van de situatie, kalm en bedeesd een weerwoord. Of ik geef deze lacherig alsof het allemaal ontzettend grappig is.

Zo traag als mijn verwerking is, zo snel kon ik dus vaak heftig reageren. In sommige situaties was ik vroeger makkelijk op te winden. Omdat mijn autisme en temperament mij nogal een naïef heethoofd maakte (ik was meer een Esau dan een Jakob). Nu raken de anderen opgewonden omdat wat ze proberen te bereiken niet lukt. Ik houd ze nu assertief een spiegel voor, zonder verstrikt te raken. Daarna geef ik ze, na dat mijn informatieverwerking zijn werk heeft gedaan, aan God. Want het is niet mijn doel hen zelf boos te maken. Ik hoop vooral dat ze hun eigen weg (terug) naar God vinden. Ik kan er verder niets mee en het kost mij geen onnodig energie meer.

Spiegelen

De meeste mensen met autisme kunnen dit spiegelen (en mensen leren lezen in het algemeen) met enige moeite namelijk wel leren. Het komt alleen vaak veel later. Vaak doen wij dit zelfs onbewust, door gedrag te benoemen en niet door te hebben wat dat dan sociaal precies betekent.

Meltdowns

Er waren mensen die het, maar wat leuk vonden om mij in die staat te krijgen. Omdat dit ook zorgde voor complete meltdowns waar ik geen controle over had. Sociale en communicatieve prikkels en emoties die ik niet begreep, in combinatie met mijn verwerkingssnelheid, kon ik niet goed lezen en snel verwerken om mezelf te kunnen reguleren en enigszins goed te verdedigen. Nog leuker was het voor ze als ik dan ook de schuld kreeg van de situatie. Het geeft je als autist een compleet gevoel van machteloosheid. Zeker wanneer er ook nog volwassenen waren die er aan meededen of het drama wel fijn vonden. Ook ouders en leraren, zelfs andere christenen. Want ja, hoe onvoorstelbaar ook: ook dat gebeurt.

Het is namelijk heel makkelijk om op die manier je eigen zonden aan een ander af te vegen. Zeker wanneer dit in een groep gebeurt. Wanneer ze alleen zijn, zijn ze daar vaak te laf voor. Het kwam wel voor, maar dan vooral als ze het belangrijker vonden hoe anderen hen zagen. Ook achter mijn rug om werden deze zonden aan mij afgeveegd, waardoor ik meer dan eens uitgesloten werd. De meeste vonden mij toch al een rare snuiter, dus zal het wel waar zijn. Een (verborgen) angst voor alles wat anders is dan henzelf of wat ze kennen.

Een verkeerd beeld

Anderen kregen dus een compleet verkeerd beeld van de situatie door mijn heftige reacties (en de roddels). Terwijl ik zelf niet begreep wat er aan de hand was en wat er precies gebeurde, behalve dat ik zo heftig leek te reageren. Mensen die het wel ‘begrepen’ wilden me van alles leren wat bij mij niet werkte, wat een averechts effect had. Meltdowns afleren door te straffen en belonen, of time-outs werkt absoluut niet. Zeker als het kind (welke leeftijd dan ook) zelf de situaties niet kan lezen en niet begrijpt waarom die reageert zoals die reageert.

Paniek

Hetzelfde geldt wanneer deze meltdowns zich uiten in paniek. Toen ik het eenmaal wel begreep, had ik problemen met herkennen, toepassen en uitvoeren waar ik aan het begin over schreef. Wat het niet beter maakte. Een gebrek aan inzicht vonden ze dan. Want waarom zou je leren wat je al weet (vond ik)? En waarom doe je dan niets met wat je geleerd zou hebben (vonden zij)? Dus er werd niets meer mee gedaan.

Omdat ik uiteindelijk wel begreep dat zo boos worden niet mocht en dat het niet goed was. Kreeg ik daardoor vaker meltdowns in de vorm van paniekaanvallen. Wat ook niet goed was. Ik mocht namelijk niet boos worden, dat had ik geleerd. Bang zijn mocht eigenlijk ook niet, maar heel cru had ik dus toch wel wat geleerd. En als ik toch een boze meltdown kreeg, kreeg ik direct daarna een paniek meltdown. Wat eigenlijk dubbel zo heftig was. Zo ontstond een vicieuze cirkel, die door anderen instant werd gehouden. Waar ik ook tevergeefs niet uit leek te komen. Waarin, als ik terugkijk, God mij altijd op onverwachte manieren beschermd heeft.

Hoe gaat dat nu?

Een tegenstelling dus met wat gezien werd als sub-assertief. Ik heb daar beiden flink aan gewerkt met mijn autismecoach. Het was fijn dat ik er met haar op een speelse manier aan kon werken en we (bijna) elke week konden oefenen. En ook dat we beide wel wat konden hebben, jeetje wat kon ik heftig zijn. Ik kan je dankbaar en opgelucht vertellen dat hoewel overprikkeling nog steeds voorkomt, meltdowns niet meer voorkomen en deze slome duikelaar in deze situaties wat sneller is geworden en ze niet meer voorkomen.

Het is fijn om inmiddels (Bijbels) assertief te kunnen zijn en dat ik niet meer hap. Natuurlijk gaat dat nog steeds weleens mis. Nu niet zo heftig meer (of zo langzaam) als toen. Iemand (met of zonder autisme) die van zichzelf vindt dat die nooit (meer) een misstap maakt of dit goed praat. Moet nodig eens een spiegel kopen, of de Bijbel en God eerlijk onder ogen komen. Autisme of niet, jouw gedrag is jouw gedrag. Of iets nu veroorzaakt wordt (of is [en of jij dat nou vindt, of dat dit echt zo is]) door een ander of niet. Ik heb er altijd aan willen werken, gaf uiteindelijk mezelf de schuld, en dit lukte maar niet.

Hoe vol van genade God ook is, die gesprekken met Hem zijn niet mals en ik heb met Hem hele andere gesprekken dan die ik had met mijn autismecoach. Dat vergt enige dapperheid. Kijk maar naar David…

Blijven leren

Nu ik weet hoe dit allemaal werkt bij mij, kan ik er ook beter mee overweg qua leren. Strategieën die mij helpen, maar die ik niet altijd kan benoemen. Mezelf herinneren dat ik veel tijd nodig heb, accepteren dat wanneer ik iets de hele dag verwerk, dit niet betekent dat ik niet kan loslaten en mezelf niet dwingt dit los te laten. Met God er over praten en herhalen zolang dit nodig is. Tijdens het studeren wat meer de tijd nemen, maar niet zoveel dat het gaat frustreren. Veel blijven oefenen in sociale situaties en dat ik vooral niet moet vergeten wat ik heb geleerd. Steeds voorbereiden.

En vooral mezelf niets kwalijk nemen, wanneer het toch weer eens niet gelukt is. Omdat de situatie net wat anders was dan ik me had voorbereid. Volgende keer weer beter. Steeds vaker lukt het eigenlijk gewoon wel. En ja, het blijft energie kosten, maar het wordt echt makkelijker.

Kwetsbaar

Het is ontzettend kwetsbaar dit zo globaal op te schrijven. Ik vroeg me dan ook af of ik dat wel moest doen. Het antwoord is ja. Ja, dat moet ik wel. Ik kan mijzelf vandaag de dag goed (zwijgend) verdedigen en ik ben weerbaar genoeg. Andere mensen met autisme herkennen dit misschien, of leren wat over zichzelf.

Chronisch vermoeid en hyperactief

Hyperactief ben ik niet alleen, ik heb er ook last van. Omdat ik naast hyperactief ook chronisch vermoeid ben. Daarnaast ben ik veel tijd en energie kwijt aan informatieverwerking door mijn extreem lage verwerkingssnelheid. Een (goed) gesprek bijvoorbeeld kan mij dagen kosten om te verwerken en dat was maar 30 minuten. Terwijl ik ook de huidige dag en de vorige dagen moet verwerken. Elke dag komt er een dag bij, waar ik langer over doe. Er wordt in mijn hersenen dus sneller gestapeld, dan dat ik kan ordenen. Het is voor mij dan ook belangrijk dat ik veel alleen kan zijn, in een rustige omgeving. En dat ik niet te veel op mijn bordje heb, want dat bordje is gauw gevuld. Alsof je een vol diner op een dessertbordje wilt serveren, dat idee. Dan gaat het mis.

Schrijven

Ook tijdens het schrijven van deze blog (en de anderen) lijk ik hyperactief. Hoewel ik inmiddels meer rust in mijn hoofd ervaar, ijsbeer ik er wat op los. Vaak wordt dit als niet functioneel en onproductief gezien, omdat mensen dit vaak doen wanneer zij zenuwachtig zijn. Voor mij is dit juist functioneel en productief! Omdat ik op momenten zoals het schrijven van deze blog, informatie verwerk. Vooral tijdens het schrijven gebeurt dit. Ik kan dat niet stoppen, tenzij ik stop met schrijven en wat anders ga doen (en dan nog ben ik er ergens nog mee bezig). Het kost dan ook heel veel tijd om te schrijven. Daarom verdeel ik het schrijven van deze blogs over de week.

Vroeger was dit op school erg lastig omdat dit niet begrepen werd. Ik was dus vooral een hyperactief kind, dat heel de tijd van haar plek liep en de klas stoorde. Eigenlijk was ik bezig om de informatie te verwerken die ik moest of wilde opschrijven. En omdat je steeds terug moet om te schrijven, kan je niet altijd even een wandeling gaan maken. Kortom, ik was geen kind voor aan een bureau. En ik ben steeds meer gaan merken dat ik nog steeds niet voor een bureau gemaakt ben. Ik denk er hard aan om een zit-sta-bureau aan te schaffen.

Rusten

Het verwerken stopt dus niet. Nooit. Het is ook geen kwestie van jezelf een rem leren geven of een ‘piekermoment’ in te plannen (aangezien dit helemaal niet altijd over piekeren gaat). Ik kan zelfs moe wakker worden, omdat ik veel te verwerken had tijdens mijn slaap. Terwijl ik een ander moment de tijd nodig heb en later in slaap val. Gelukkig kan ik dat opvangen door nadat mijn wekker is afgegaan en ik mijn medicatie heb ingenomen, nog verder te slapen. Dit is dan ook echt nodig en gaat zonder problemen. Mijn wekker gaat om 2.30 (ik ga doorgaans tussen 17.00 en 18.00 naar bed, omdat het wat kan duren voor ik in slaap val en ’s nachts ervaar ik de meeste rust en de minste prikkels), dus ik slaap niet heel de ochtend overdag weg. Huishoudelijke taken en ook studeren gebeurt die dag dan niet of later.

Wanneer dit gebeurt op een zondag, blijf ik thuis en vier de kerkdienst online mee. Rust is belangrijk voor God. Het is niet voor niets dat Sabbat een eeuwig verbond (Exodus 31:16-17 NBV21) is tussen God en de Israëlieten (en dat de zondag voor veel christenen nog steeds een rustdag is). Slaapmedicatie helpt mij niet. Omdat het mij misschien wel helpt met slapen, mijn verwerking stopt er ook door. Wat positief lijkt, gezien dat mijn verwerking nooit stopt. Alleen verwerking stoppen als in het is genoeg geweest, is wat anders dan niets meer kunnen verwerken.

Het is zacht gezegd doodvermoeiend en ik heb er zelf het meeste last van.

Chronische vermoeidheid

Bij chronische vermoeidheid heb je altijd een basislijn qua vermoeidheid. Dat is de vermoeidheid waar je mee leert leven en waarmee je nog redelijk kan functioneren. Deze basislijn ligt bij iedereen anders en bij mij ligt die heel laag.

De chronische vermoeidheid en hyperactiviteit zijn ook lang een vicieuze cirkel geweest. De hyperactiviteit zorgt ervoor dat ik sneller overprikkeld ben en het overzicht kwijt raak. Wat me weer meer of opnieuw extra vermoeid maakt en ik langer moet herstellen. Het uit zich in het te veel willen doen, het past daarin wel bij mijn extraversie. Bij hyperactiviteit door heftige overprikkeling kon ik niets anders dan wachten tot ik crashte en daarna kon slapen.

Inmiddels ga ik dan een langere wandeling maken, dan loop ik het er uit. Bij heftige overprikkeling (niet altijd door hyperactiviteit) liep ik wel drie keer per dag een rondje van anderhalf uur. Wandelen en slapen was dan het meeste wat ik deed, ik werkte toen ook veel aan mijn overprikkeling, aangezien ik chronisch in oranje zat. De hyperactiviteit kan zich ook in de chaos in mijn hoofd voordoen. Het is dus niet altijd alleen maar lichamelijk en zichtbaar.

Balans

Inmiddels is er redelijk balans in de taken en wanneer ik die uitvoer en doe ik wat lukt, zonder te moeten focussen op overprikkeling. Wanneer ik hyperactief ben, doe ik zwaardere of langere taken die niet lukte toen ik moest rusten. Of ga ik een lange wandeling maken, als het beter is om even buiten te zijn. Wanneer ik extra rust nodig heb, doe ik lichtere taken. Bijvoorbeeld wat meer administratie of andere dingen die ik op de laptop moet/wil doen. Hier schreef ik al meer over de balans die ik hierin heb gevonden. Met autisme is dit nog steeds wel een uitdaging, maar het gaat al veel beter.

Ambivert

De combinatie van zowel chronisch moe als hyperactief zijn, past goed bij mijn ambiverte (zowel introvert als extravert zijn) natuur. Hoewel ik ook hier balans in heb moeten vinden. Ondanks dat ik heel extravert, enthousiast en spontaan kan zijn, zij het op een autistische manier. Leun ik meer naar de introverte kant. Dit past dus goed bij het veel alleen tijd en rust nodig hebben. Extraversie kost me heel veel energie en overprikkeling. Hierdoor ontstaan er ook situaties waarin ik niet de andere kant kan laten zien, of veel minder. Dat is soms wel jammer.

Medicatie

De medicatie die ik sinds mijn zeventiende kreeg, versterkte deze twee uitersten. Het maakte niet uit welke van de verschillende ik kreeg. Daarnaast zorgden ze voor nog meer bijwerkingen die mijn gedrag voor een groot deel bepaalde. Dat droeg uiteindelijk ook bij aan de chronische overprikkeling en uitputting. De laatste jaren deed ik zonder medicatie en dat ging veel beter. In vergelijking met de tijd dat ik die medicatie slikte.

Hoewel ik standvastig was in het niet opnieuw willen beginnen met medicatie, ben ik uiteindelijk zo’n zeven weken geleden op eigen verzoek gestart met off-label ADHD-medicatie. Dit betekent dat het officieel niet geregistreerd staat voor ADHD (en autisme), maar wel zo gebruikt kan worden wanneer andere medicatie niet geschikt is. Ik heb deze ooit een korte periode geslikt en toen ging het op sommige gebieden wat beter.

Ik wilde graag proberen of dit mij inderdaad zou kunnen helpen bij mijn vermoeidheid, concentratie, executieve functies en overprikkeling. Het helpt me inmiddels wel. Het zorgt er niet voor dat ik nu ineens genoeg functioneer om alles aan te kunnen. Of dat ik nu ineens altijd Snelle Jelle ben. Het ondersteunt alleen voldoende om op die gebieden wat beter te functioneren thuis. Op het moment zit ik sinds een week op dezelfde dosering als toentertijd. Ik ben blij met elk beetje dat het me helpt en ik heb nu bijna geen bijwerkingen. Het helpt voldoende om er mee door te blijven gaan. Pluspunt is dat ik ook minder hyperactief ben.

Ervaring

Het fijnste vind ik dat ik prikkels minder heftig ervaar, vooral in de kerk merk ik dat. Dat ik geen acht gedachten tegelijk meer heb en minder chaotisch ben. Kleine taken kan ik zonder afleiding uitvoeren en mijn eetlust is verminderd, omdat ik een deel van die energie niet meer nodig heb. Het is ook een bijwerking, maar ik denk dat het bij mij komt doordat het compenseert. Ik heb namelijk geen behoefte meer aan extra suikers voor een beetje extra energie (wat ook weer voor vermoeidheid zorgt bij suikerdips). En dat is iets waar ik al sinds kind mee struggle. Natuurlijk moet de doses die ik nu heb nog verder inwerken. Over een aantal weken zou ik meer resultaat moeten ervaren.

Volgende week

In het kader van hyperactiviteit, zal ik het in deel 3 hebben over een stille observeerder en hyper verbaal zijn. En zoals misschien al is opgevallen, neem ik elke week nog een tegenstrijdigheid mee.

Vraag van de week
In de herhaling voor het thema:
Heb jij tegenstrijdigheden met je autisme? Wil je die delen?

Deel 3 is inmiddels hier te lezen.

Abonneer je op de nieuwsbrief
Je krijgt 1x per maand een e-mail met de nieuwste berichten.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *